Krimi's omni studio
  • Krimi's omni-%-studio  is de ludieke naam voor een heel bijzonder schema dat in sommige blauwe scenario'swordt gehanteerd. De term 'omni' verwijst naar het feit dat het mogelijk is met dit schema diverse situaties met % (korting, intrest, scores, winst en verlies...) voor te stellen.
    Het schema is bedoeld om leerlingen de kans te geven te experimenteren met de relatie tussen de begrippen die deel uitmaken van een situatie met %  (b.v. korting: normale prijs, korting in %, reclameprijs).
    De studio laat toe binnen een beperkte tijd diverse situaties in beeld te brengen wat kan leiden tot een beter inzicht. In die zin biedt het werken met de 'Krimi's omni-%- studio' een vorm van verlengde instructie. 
  • De studio bestaat uit twee gedeelten:
    LINKS: het invoergedeelte. Hier kunnen diverse waarden worden ingevoerd.
    De breuk wordt weergegeven op het cirkeldiagram.
    RECHTS: het uitrekengedeelte.
  • Hoe werkt het ?
    - Invoeren van de gegevens.
    De leerling kan kiezen uit een aantal waarden. Telkens hij een ander waarde kiest wordt het diagram in het TV- scherm aangepast. Ook de getallen in het uitrekengedeelte worden aangepast aan de nieuwe gegevens.
    - Uitrekenen
    Als de leerling klikt op het %-teken, rekent de computer uit. Ook de voorstelling op het TV-scherm wordt nu bijgewerkt.
graphic
  • Gebruik binnen het oefenscenario

    1. Na de videoclip verschijnt de studio. De leerlingen  krijgen  nu  de kans te experimenteren door nieuwe waarden in te voeren en het schema te bestuderen. Ze kunnen  de studio ook laten uitrekenen. Het is de bedoeling dat zej hiermee doorgaan  tot ze de relatie tussen de groothden begrijpen en de voorgesteld oplossingstrategie zonder de studio kunnen hanteren;. Er is geen tijdlimiet op deze experimenteerfase!

    2. Vervolgens start de oefenreeks. De studio kan nu enkel nog als hulp worden opgevraagd.  Wanneer de studio verschijnt is het uitrekengedeelte geblokkeerd. De leerlingen  krijgen  wel de kans om via de voorstelling de uit te voeren bewerkingen te achterhalen, maar moeten  zelf uitrekenen. De computer rekent enkel nog als feedback  nadat het antwoord is ingevoerd.
  • Tips

    1. De studio wordt voor het eerste geïntroduceerd in scenario 2. Bespreek de bedoeling en de werking. Zet de leerlingen aan om voldoende tijd te nemen om te experimenteren.
    2. Laat ze  tijdens de experimenteerfase ook eens zelf uitrekenen. Ze bekijken de voorstelling, voeren de bewerking uit (eventueel met de zakrekenmachine) en klikken pas daarna op de =-knop om te zien of hun bewerking juist is.
    3. Bij sommige onderwerpen stelt de studio meerdere oplossingsstrategieën voor (b.v. met dubbele pijlenschema, met verhoudingsblok). Het is niet noodzakelijk dat alle leerlingen al die strategieën beheersen.
    De variatie is voorzien met een dubbel doel:
    - aan te sluiten bij de gevolgde rekenmethode;
    - in te spelen op individuele verschillen.  Een vaste oplossingsstrategie kan wellicht interessant zijn voor leerlingen die het wat moeilijker hebben maar het is ook belangrijk flexibiliteit te ontwikkelen. De variatie in voorstelling kan hierbij helpen.