Inzicht in positiestelsel
Bij het introduceren van de getallen tot 1000 is
het belangrijk aandacht te besteden aan 'inzicht in de opbouw
van ons tientallig stelsel'.
In de meeste klassen vertrekt met daarbij van groeperingsoefeningen
(per 10, per 100) en gebruikt men gestructureerd materiaal (de
abacus, MAB-blokken) als hulpmiddel om de getallen voor te
stellen.
Dergelijke activiteiten vergen heel wat tijd en materiaal. Het is
niet altijd mogelijk om dit optimaal te doen.
De computer kan helpen. Hij biedt nieuwe
mogelijkheden.Hij laat toe allerlei simulaties op te zetten waarbij
de leerlingen geconfronteerd worden met de waarde van cijfers in
een getal.
Spits me Bits 3 bevat enkele scenario's waarin die
simulaties centraal staan. U vindt ze bij het deeltje
'getalbegrip'.
We starten we met twee groeperingsoefeningen
waarbij een abacus wordt gehanteerd.
De abacus is een ideaal werktuig als het
om inzicht in het positiestelsel gaat. Hij toont duidelijk dat bij
het bepalen van de waarde van een cijfer in een getal, de PLAATS
(rang) en niet de grootte van het cijfer primeert.
Vervolgens werken we met MAB- blokken en
ook met een Duizendveld (kwadraatbeelden). Het zijn geknipte
voorstellingen om leerlingen te helpen bij het aanleren van de
basissommen. Een duizendveld is met concreet materiaal haast
niet te realiseren. De computer biedt hier totaal nieuwe
mogelijkheden.
Daarna gaan we focussen op rangorde.
Daarvoor gebruiken we de getallenlijn. Ook nu biedt de
computer nieuwe mogelijkheden. We kunnen de getallenlijn
doorschuiven, erop inzoomen enz..
Hoe gebruiken?
Het zou spijtig zijn om de leerlingen pas met
deze scenario's te confronteren nadat ze de leerstof hebben
verwerkt in het handboek.
Wij denken dat ze best tot hun recht komen bij
het begin van het leerproces. Gerbuik ze aansluitend bij het
concreet handelen. Indien u beschikt over een beamer of een
digitaal schoolbord kan dat zelfs voor de hele groep.
Daarna gaan de leerlingen individueel aan het
werk met het computerprogramma. U observeert, laat verwoorden en
verduidelijkt indien nodig. Tot slot kunt de oefeningen aanpakken
in uw rekenmethode. We zijn ervan overtuigd dat de leerlingen er
weinig moeite mee zullen hebben.
Een mogelijke volgorde is dus:
Instructie: Handelen met concreet
materiaal en klassikaal op de computer
Oefenen: individueel op de
computer
Testen: indivudueel in het
rekenboek.
't Is eens iets anders...