Recordspelletje met
een dubbele uitdaging:
* verzamel zoveel mogelijk SUPERKIDS-medailles;
* verbeter je omlooprecord.
Een SuperKid-medaille
kan gewonnen worden door sneller te lopen dan
Naomi.
Tijdens het lopen
wordt de tijd bijgehouden (zie bovenaan rechts).
Indien die tijd lager is dan de vroegere besttijd, verschijnt die
als een nieuw record.
Top 5. Er worden drie
TOP 5 lijsten bijgehouden met klasrecords: aantal medailles en
beste tijden.
Varianten - Leerinhoud.
200 m (vanuit module 1)
|
Oefeningen van de vorm: 8 +5 13 - 7 .
Duur van de wedstrijd: een halve omloop.
|
400 m (vanuit module 3)
|
Oefeningen van de vorm: 86 + 5 93 - 6.
Duur van de wedstrijd: één ronde.
|
800m (vanuit module 4)
|
Oefeningen van de vorm: 86 + 12 92 - 15
. Duur van de wedstrijd: twee ronden.
|
Regeling tempodruk
: adaptief.
|
Bij dit spelletje
lopen de leerlingen eerst een rondje als training. Daarbij oefenen
ze niet onder tempodruk.
Op het einde van die training meet het programma de reactiesnelheid
en stelt op basis daarvan de tempodruk in. Die
tempodruk wordt grafisch weergeven.
|
Op het einde van de
race neemt het programma opnieuw een beslissing:
* De leerling WINT. De tempodruk wordt IETS verhoogd voor een
nieuwe race.
* De leerling VERLIEST. De tempodruk wordt IETS
verlaagd.
De adaptieve regeling
zorgt er voor dat ALLE leerlingen medailles kunnen winnen en dat
ook minder knappe rekenaars in de TOP 5 lijst verschijnen.
Extra. Ook de moeilijkheidsgraad van de opgaven wordt adaptief
geregeld (enkel bij modules 3 en 4)
Indien een leerling tijdens de training teveel tijd verliest bij
bepaalde opgaven (meestal bij brugoefeningen) wordt de
moeilijkheidsgraad van de opgaven aangepast. Daardoor is het ook
mogelijk dat minder knappe rekenaars in de TOP 5 komen van de
'omlooprecords'.